Pijpenmakersgeslacht Verzijl te Gouda

Van Ben Verzijl een nazaat van de bekende pijpenmakers familie Verzijl te Gouda kreeg ik per email een document toegestuurd met informatie die hij bij genealogisch onderzoek over de pijpenmakers in zijn familie had gevonden. 

 


 FRANS VERZIJL, koopman in pijpen, werd begr. te Gouda op 17.12.1785; tr. te Gouda

24.1.1730 EMMERENTIA PONSIER, dr. van Job-- en Maria Duijff, die op 4.3.1768 te Gouda begr. Werd Blijkens requestenboek P. 1748-1752, fol. 97, verzoeken Swanenburg-Verzijl en Comp. aan de Magistraat van Gouda verlof om tot voortzetting van hun negotie in pijpaarde, een klein schuurtje te mogen timmeren achter hun grote schuur op de Turfsingel bij het Moordrechtsche Verlaat.


 

Op 3 April 1753 neemt Frans Verzijl het pijpmerk "de gekroonde L" over van Jacob de Ligt, die het weer overgenomen had van Cornelis de Ligt. Blijkbaar is dit merk later gekomen aan Barend Verzijl, broeder van Frans Verzijl, want op 7 Juni 1774 huurt Frans Verzijl hetzelfde merk van Barend Verzijl met de conditie dat "dese conditie is voor beijde haer leven lang geduerende"

Bron: (Pijpmakers Archief P.A. 9a. Boek van gekochte en gehuurde merken no's 13 en 82. Zie ook "Goudsche Pijpen" door G.C. Helbers en D.A. Goedewagen, pag. 82,179 en 219).


 

In 1754 hief de koning van Pruisen een invoerrecht van f.2,50 op een gros pijpen en kort daarop verbood hij de invoer geheel alsmede de pijpen doorvoer. Door deze maatregelen verloren Jacob de Vos en Frans Verzijl in totaal f.30.000 gulden afzet in ëen jaar.

Bron :(Goudsche Pijpen, pag. 5).

 


 

Op 1 Maart 1757 huurt Frans Verzijl van Willem Witsius het merk "de gekroonde W.M.

Bron:(Pijpmakers Archief P.A. 9a, Boek van gekochte en gehuurde merken, no. 40).

 


 

Op 15 September 1781 verklaren de kinderen van Barend Verzijl, dat zij het pijpmerk "de gekroonde L", toebehorende aan hun vader, in vrije eigendom afstaan en overdragen aan hun neef Cornelis Verzijl, zoon van Frans Verzijl.

Bron:(Pijpmakers Archief P.A. 9a, Boek van gekochte en gehuurde merken, ongenummerde inschrijving na inschrijving no.l04. Zie ook: "Goudsche Pijpen", blz. 212 en 213).

 


Zo als reeds hiervoor vermeld onder Frans Verzijl, de vader van Cornelis Verzijl, voerde Cornelis Verzijl de pijpmerken:

"de gekroonde L" en "de Leeuw in den Hollandschen Tuin". In het boekwerk "Goudsche Pijpen" staat nog vermeld, dat hij ook het pijpmerk "de Slange" gevoerd heeft.

Bron:(Goudsche Pijpen, pag. 166-167, nr. 152).


 

Het bovenstaande wordt nog bevestigd door een aantekening in het "Proefboek van de respectieve Pijpmakers Gilde Broeders", waarin vermeld staat, dat :Cornelis Verzijl op 10 Januari 1770 zijn pijpmakersproef deed en toen voor zijn merk zette: "de Slange".

Bron: (Pijpmakersarchief, P.A. 6).


 

Frans- en/of Barend Verzijl lieten in de afbeelding van hun pijpmerk "de gekroonde L" hun familiewapen, de drie boompjes, aanbrengen.

PIJPMERK: DE GEKROONDE L.

Cliché welwillend beschikbaar gesteld door Dhr. G.S. Helbers, conservator der Goudse Mus.ea.


 

Op 25 Januari 1786 laat Cornelis Verzijl het pijpmerk "Den Hollandschen Tuijn" van wijlen zijn vader Frans Verzijl overschrijven op zijn eigen naam.

Bron: (Pijpmakers Archief P.A. 9a. Boek van gekochte en gehuurde merken. Zie ook "Goudsche Pijpen" blz. 195 en 222).


 

PIJPMERK: DEN HOLLANDSCHEN TUIJN

Cliché welwillend beschikbaar gesteld door Dhr.G.C. Helbers, Conservator der Goudse Musea.


 

Op 8 Juli 1806 krijgt Maria Verzijl, enig en universeel erfgenaam van haar broer Cornelis Verzijl toestemming om de pijpen fabriek van wijlen haar broer te mogen voortzetten. Zij zal de merken die zij van haar broer erfde, t.w. "Den Hollandschen Tuijn" en "de gekroonde L" blijven voeren en de zaak voortzetten onder dezelfde firmanaam: Frans Verzijï & Zoonen.

Bron:(Pijpmakers Archief P.A. 9b, fol. 77). Zie ook "Goudsche Pijpen blz. 213 en 222).


Andere familieleden

MARTINUS VERZIJL, pijpmaker, begr. Gouda 11 Oct.1769, geh. Gouda 22 Mei 

 1731 CATHARINA MAGDALENA KEMP, dr. van Jan-en Anna Poelgeest, begr. Gouda 26 Mrt . 1760. Hij hertr.

Gouda 26 Juli 1761 ANTHONETTA GESANDT, wed. van Jan Lunenburg l). Na het overlijden van Martinus Verzijl hertr. Anthonette Gesandt Gouda 3 Febr. 1771

Huijbert van der Pols; zij werd begr. Gouda 23 Mei 1796.


 

Op 11 Januari 1759 koopt Maarten Verzijl in publieke veiling het pijpmakersmerk "L.S." voor 400 gulden.

Bron: (Pijpmakersarchief, Boek van Gekochte en gehuurde merken, no. 47).


 

Maarten Verzijl voerde ook het 'pijpmerk "De Dordtsche Maagd".

Bron: (Zie afbeelding; en "Goudsche Pijpen" pag. 102 en 222).


 

Pijpmerk DE DORDTSCHE MAAGD

Cliché welwillend beschikbaar gesteld door Dhr. G.C. Helbers, Conservator der Goudse Musea.


 

Op 27 Mei 1761 machtigt Sr. Maarten Verzijl, koopman in pijpen, Gottlieb David Lehmann, wonende te Hamburg, om namens hem te innen bij Jannigen Vossen vrouwe, eveneens wonende te Hamburg, de somma van 110 gld. 14 st. voor geleverde pijpen.+

Bron: (Not. B.J. Gabrij, no. 823, fol. 64).


Op 23 Juli 1761 worden de huwelijksvoorwaarden opgemaakt tussen Sr. Maarten Verzijl, weduwnaar van Catharina Magdalena Kemp,"bij deselve 3 voorkinderen hebbende", en Juffrouw Anthonetta Gesandt weduwe van Jan Lunenburg, "bij den selven 2 voorkinderen hebbende".

O.m. wordt bepaald, dat indien Maarten Verzijl de eerststervende is, "sijnde Pijpe Merke met alle de gereedschappen tot de Pijpmakerije behorende" aan zijn eigen kinderen zullen komen en niet aan zijn weduwe of haar voorkinderen.

Bron: (Not. B.J. Gabrij, no. 823, fol. 70).


 

MARTINUS VERZIJL, ged. Gouda 13 december 1740; tr. Gouda16 Februari 1762 Maria Haneveer.

Op 2 Mei 1763 deed Maarten Verzijl zijn pijpmakersproef en zette voor zyn merk: "L.S." (het merk, dat zijn vader op 11 Januari 1759 kocht).

Bron: Pijpmakersarchief, P. A. 6, Proefboek van de respectieve Pijpmakers Gildebroeders).


 

JOHANNES VERZIJL, winkelier in tabak te Leuven, ged. Gouda 17 Januari 1747, overl. Leuven 29 Maart 1817; begr. Wilsele; tr. Antwerpen 27 April 1783 Catherina Goris, ged. Oostmalle 25 Maart 1764, overl. Leuven 28 Juli 1840, begr. Wilsele, dr. van Adrianus Goris (uit Cierle) en Catharine Hofkens (uit Westmalle).

Johannes Verzijl werd te Gouda opgeleid tot pijpmaker en deed aldaar op 5 Juni 1769 zijn pijpmakersproef.; hij zette toen voor zijn merk: "De 5 Schijven".

Bron: (Proefboek van de respectieve Pijpmakers Gildebroeders. Pijpmakers Archief P.A. 6).


 

Johannes Verzijl zou, indien hij zulks wenste, de pijpmakerij van zijn vader erven, zo had zijn vader bij testament bepaald. Vermoedelijk echter heeft hij zijn vader, die in October 1769 overleed, niet in diens pijpmakerij opgevolgd, hoewel hij mogelijk voorlopig wel in het vak bleef; in het Pijpmakersarchief (P.A. loa) staat althans in het Huurboek vermeldt onder no.24


 

De Goudse pijpmaker Jan Verblauw op 7 Mei 1776 in dienst nam: Jan Verseijl, voor de tijd van 4 jaar. Verder vermeldt het boekwerk "Goudse Pijpen" op pag. 222, dat het pijpmerk "De Dordtsche Maagd" van Martinus Verzijl (de vader van Johannes Verzijl) vóór 1782 voor altijd geroyeerd werd, wat er mogelijk op kan duiden, dat de nakomelingen van Martinus Verzijl, in dit geval meer speciaal zijn zoon Johannes de zaak niet meer wensten voort te zetten. Aangezien Johannes Verzijl zich in 1783 te Antwerpen blijkt te bevinden, waar hij op 27 April van dat jaar huwde, kan dat wel kloppen, temeer daar hij niet meer naar Gouda terugkeerde doch zich te Leuven vestigde, waar hij winkelier in tabak(débitant de tabac) werd, zoals uit zijn overlijdensacte blijkt.


 

BERNARDUS (Barend) VERZIJL, pijpenfabrikant, geb. Gouda 29Januari 1706, begr. te Gouda 10 September 1781; huwde te Gouda 13 November 1731 met MACHTELT VERMEULEN, dochter van Ary Vermeulen en Ana Bijlaert, begr. te Gouda op 25 Augustus 1746. Na het overlijden van zijn eerste echtgenote hertrouwde hij te Gouda op 9 Mei 1747 met HELENA DE GRAAFF, die op 25 Februari 1762 te Gouda begraven werd.


 

Uit een acte van 2 Mei 1747 blijkt, dat Cornelis Vermeul in zijn testament van 10 Juli 1744 had bepaald, dat na zijn overlijdon moest worden uitbetaald door Cornelis van der Wal gehuwd met Adriana Vermeul, aan Maggeltje Vermeul, zuster van de testateur, gehuwd met Barend Verzijl, als haar aandeel in het pijpmerk "de Slange", een som van 600 gulden in wekelijkse termijnen van een gulden en 10 stuivers, met de bepaling, dat bij het eventueel overlijden van Maggeltje Vermeul de uitkeringen door zouden gaan ten behoeve van haar kinderen tot de gehele som zou zijn uitbetaald. Het pijpmerk "de Slange" was inmiddels verkocht aan Lucas de Jongh, die tevens de daarop rustende schuld aan Maggeltje Vermeul had overgenomen en die derhalve de wekelijkse uitkeringen deed. Na het overlijden van Maggeltje Vermeul worden deze uitkeringen echter gestaakt wegens bezwaren van Cornelis van der Wal, die wilde, dat de Magistraat van Gouda er eerst zijn goedkeuring aan zou hechten, dat deze uitkeringen voortaan zouden geschieden aan Barend Verzijl, weshalve Barend Verzijl een request van die strekking richtte tot de Magistraat van Gouda. Op dit request werd op 9 Maart 1748 goedgunstig beschikt.

Bron: (Requestenboek 0. fol. 105).


 

Een acte van 15 September 1781 vermeldt: "Wij onderschrevenen, allen kinderen van Barend Verzijl, verklaren aan onse Neef, Cornelis Verzijl in vrije eigendom af te staan en te cederen het Pijpmakers Merk "de gekroonde L", aan onsen Vader toebehoord hebbende, en consenteeren dat hetzelve Merk ten zijnen Name sal worden geboekt, zonder eenig Regt op hetzelve te behouden". Deze acte was ondertekend door: Arij, Sijbartus, Jan, Huybert, Martinus en Louysje Verzijl.

Bron: (Pijpmakers Archief P.A. 9, ongenummerde acte nà no. 104).


 

Met dank aan Ben Verzijl

Copyright Aad Kleijweg